Zondagmorgen twaalf uur.
De zon geeft aarzelend haar warmte af en aan de einder dreigen donkere wolken.
Het ‘geteisem’ van toerfietsers maken de polderwegen voor die tijd onveilig.
Na de noen komen de ordentelijke e-fietsers die het gewoon vertikken even aan de kant te gaan.
Die voelen zich verheven boven het stampende volk.
Een vlugge goedenmorgen kan er met moeite af.
Een laatopstaander die achteloos met de slaap nog in de ogen zijn trouwe viervoeter loslaat op het fietspad, zodat fietsers alle kanten opstuiven.
De naar de kerk razende auto’s houden nergens rekening mee, wat moet de trappende mens daar de zondag op de smalle wegen doen?
Rakelings snellen ze je voorbij, al verblind door het gebiedende woord.
Ja, het kan druk zijn op zo’n ochtend.
We laten het allemaal passeren en genieten van het fietsen en de natuur rond ons heen.
Met als enig doel een etablissement te vinden waar ze koffie hebben, eventueel met appeltaart.
Waar kan een mens zich nog meer op verheugen op de zondagmorgen?
Dat het niet gaat regenen!
Ja Rob, ook als je gewoon een rondje wil fietsen komen ze met 25 km voorbij of tegemoet. Blik op oneindig, hoezo genieten van de omgeving (nu generaliseer ik wel even ). Wat de kerkgangers betreft, daar moet je begrip voor hebben. In volle concentratie voor de dienst of na afloop, suf geluld. De gevaarlijkste km is de eerst volgende, dus blijven opletten.