Hoe je ook fietst, je maakt wel eens wat mee of je verbaast je over bepaalde situaties.
Zo rijd ik al jaar en dag over de Zaamslagsedijk richting Zaamslagsveer.
Net na Hoek van de Dijk is er een flauwe bocht waar een knotwilg staat.
Ik weet niet beter of daar hangt een oude buitenband.
Vroeger was die zwart, maar door de zon is dat zwarte verdwenen.
Een bleek overblijfsel hangt daar al heel lang.
Op de terugweg, na met mijn vrouw de bollen te hebben bekeken, kwamen we bij Reuzehoek een echtpaar tegen die vlak voor ons reed.
Mijn eega kende ze en wilde er niet voorbij.
We hielden een gepaste afstand.
Het echtpaar ging steeds langzamer rijden, duidelijk tegenwind.
Wij bleven erachter en vielen bijna om op de Reuzenhoeksedijk.
Er werd onder geen beding gepasseerd.
Principes kan je toch voorbij fietsen!
Ik heb er al meer over geschreven, als ik op zaterdag met mijn kleinzoon fiets, is er na afloop meestal appeltaart.
Mijn schoondochter had al verkondigd dat ze geen tijd had voor haar baksel.
De zaterdagse rit met de club kende geen stop.
Voor koffie ging ik maar met mijn kleinzoon mee.
Bij binnenkomst rook ik het al; er was toch appeltaart.
Daarna naar huis en van mijn jongste kleindochter krijg ik dan nog een knuffel.
“Je ruikt naar de kinderboerderij, opa!”
Nu weet ik niet hoe een kinderboerderij ruikt, maar de dampen uit mijn wielerkleding zijn dat zeker niet.
Misschien van een bunzing!
Speak Your Mind