De Mont Ventoux kun je ook als de ‘Berg van Verbazing’ noemen.
De camping waar we verbleven lag 15 km van Malaucène af.
Voor iedere boodschap of bestemming moest je die berg af.
Wat je dan niet allemaal tegenkomt en ziet?
Eén al verbazing.
Het begon al toen ik een eindje voor de rotonde op mijn kleinzoon stond te wachten.
Je staat aan de kant van de weg en dan zie je ze naar boven komen en passeren.
De meesten groeten, allemaal in het Frans.
Wat direct op valt zijn de trapbewegingen.
Waar de één rustig rondpeddelde op weg naar boven, zwalkte de volgende kreunend en steunend voorbij, zijn trappers amper rond krijgend.
De voorbladen verschilden wel iets met die van mij.
Was dat 39 tanden op mijn fiets, bij de stijgers stond vaak 36 of zelfs 34 gemonteerd.
Ik ben eigenlijk op zijn Jan Boeren Fluitjes naar boven gegaan.
Vrouwen, mannen, dun en dik.
Van alle nationaliteiten.
Gehuld in de meest fantasierijke wielershirtjes met felle kleuren.
Sommigen deden pijn aan de ogen.
Vrouwen met forse bolders aan dek waar je een wellustige blik op kon werpen.
Mannen in tricots waar wij ons voor zouden schamen; van wol, dus ouderwets.
Dan de fietsen, van hypermoderne met tiptoetsen tot barrels waar mee ik zo’n berg niet durf op te rijden.
Zelfs trapauto’s zag ik.
Een echtpaar waar de man vol overgave naar boven stampte terwijl zijn vrouw naar alle kanten keek en rustig op haar elektrische fiets volgde.
Vlak onder de top kan je nog begrijpen dat het moeizaam kan gaan, maar net na Malaucène zie je al fietsers waarvan je denkt; moeten die nog 20 km omhoog?
Er was er één met zo’n hoge pedaaltred dat hij al opgebrand moet zijn voordat hij bij de rotonde komt.
Onderweg kreun je je naar boven en kijk je jaloers naar de daler die met grote snelheid triomfantelijk voorbij snelt.
Allemaal hebben ze de blik van overwinnaars.
De hoogste trede van de maatschappelijke ladder bereiken is moeilijk, als compensatie kan je altijd de top op deze wijze halen.
Langs de afscheiding met de paaltjes.
Je ziet ze een voor een aan langs je heen gaan, de snelheid is al beduidend minder.
Naar de weertoren op de Mont Ventoux fietsen is iets magisch en dat gaat de hele dag door.
Iedere dag maar weer.
Van de vroege ochtend tot de late avond dartelen ze langs de flanken van die berg.
Dan komt het einde van de weg in zicht en krijg je moraal.
Het zal me lukken!
Hoeveel mensen zouden die berg al zo opgegaan zijn?
Ik was er één van, al was het maar een klein stukje.
Speak Your Mind