Rondje Pontje ’21

 

Dagen ervoor stond de groepsapp van TC. Axel roodgloeiend.
Gaat de tocht Pontje-Pontje nog wel door?
De weersvooruitzichten waren niet bepaald gunstig.
Wind en regen zou ons deel worden, maar we lieten ons niet tegenhouden.
Volgens Chiel; regenjasje mee!

Wachten op de anderen.

Dit ging allemaal mee!

 

We zijn uit het goede hout gesneden, waaibomenhout, dus we gingen gewoon.
Het was bij Griete zelfs dringen, achttien vrouwen en mannen wilden mee op de tocht.
Op tijd en op het gemakje vertrokken we richting pont Perkpolder.

We waren de enige die er mee de Schelde overstaken.
Aan de overkant stond ook niemand te wachten om mee terug te gaan.

Mooie luchten.

 

Onderweg bij Ossenisse was de weg afgesloten.
De oorzaak bleek een auto ongeval, waar wij al van vermoedden dat je daar flink gehavend uit komt.
Daar zullen pleisters weinig aan helpen.
Ze waren de resten van het wrak nog bij elkaar aan het vegen.

We waren op tijd bij het pontje en dan is het altijd spannend wanneer je aan boord mag.

Wachten en praten.

Een paar dames.

Bij elkaar.

Wachten op de afvaart.

De geheimen van de Garmin ontrafelen.

Lange mouwen aan, het was fris.

Hopelijk geen onderdeel van het pontje?

Fietsen aan de reling.

Wachten op vertrek.

Andere dames.

Dozenboot.

De fietsen steken over.

 

Het is altijd een leuke oversteek Perkpolder-Hansweert.
Er was veel drukte op het water, prachtig om te zien hoe dat allemaal langs elkaar beweegt.

Onderons onderdeks.

 

Eenmaal aan boord verdwenen de meeste in de roef voor warme koffie, gelet op de buitentemperatuur waren we daar wel aan toe.
Het was hoog water, geen zandbank, geen zeehonden wel zeereuzen.

De pont verlaten bij Hansweert.

 

Na het verlaten van de pont rechtsaf in het kielzog van onze kleine reisleider, die had de route op zak.
We waren benieuwd welke route hij nu weer had bedacht.

De route van Chiel.

 

Dit werd de tocht door de overkant.
Hij wist de weg en wij volgden volgzaam.

De Sas van Goes oversteken.

Overleg op het vervolg van de rit.

 

Spoedig reden we over landelijke weggetjes richting Wemeldinge om daar weer richting Kattedijke en het Goese Sas te gaan.
Noord-Beveland kwam al naderbij.
Je kon merken dat het geen ideaal vakantieweer was, het was lang niet zo druk.

 

Bij Kamperland begon het te miezeren en hadden we al zo’n 75 km afgelegd.
We waren te vroeg voor het Pontje Kamperland-Veere en reden we door om via Vrouwenpolder naar Veere te gaan.
Het werd daardoor geen Pontje-Pontje-Pontje.
Op de Oost Westweg kregen we de bui over ons heen en de wind was ook al fors toegenomen.
Aan het strand weinig volk te zien, hoogstens een verdwaalde badgast in waterdichte kleding.
Onderweg kwamen we fietsers tegen die schuilden en haastig hun regengoed aantrokken.
Wij reden gewoon door en werden goed nat.

Druppels betekenen nattigheid.

Tafel 1 aan de koffie.

Aan de dis.

We zaten even droog en warm.

Veere verscholen achter de masten.

Terras, wel fris.

Het torentje van Veere.

Heimwee naar Arnemuiden Vliegveld.

Daar moesten de dure fietsen staan.

 

We werden streng toegesproken door eigenaar van ‘de Werf’, met God’s Gratie mochten de fietsen op het terras staan omdat ze zo duur waren en alleen maar daar!
Bestellen mochten we ook, maar beperkt om de keuken niet te belastten.
De man was wel erg streng.
Met weemoed dacht ik aan het vliegveld bij Arnemuiden en de heerlijk uitsmijter met oude kaas en Zeeuws spek die ze daar serveren.
De hamburger was wel goed , maar aan de prijs.
Zo ook met de andere bestellingen.

Weer te voet, nu het sluisje van Veere over.

 

We besloten onze regenjasjes maar aan te trekken.
We waren nog vochtig en een koude wind werkt ook niet mee om warm te worden en te blijven.
We werden een bonte stoet van kleuren.

In Veere mochten we niet over de Markt fietsen, we werden terecht gewezen door een verkeersregelaar.
‘Van die fiets af, heren!’
Alsof het voor de dames niet gold!
Daar alweer een sluis over en in de verte zagen we Vlissingen al liggen en de regen vallen.
Het regende stug door tot aan de veerhaven en we bleven in de wachtruimte schuilen.

Hoe koud het ook is, er zal ijs gegeten worden.

Schuilen in de vertrekhal Vlissingen.

Pin-up van de week.

Wie zit er achter dat fietsmasker verscholen?

 

We moesten nog steeds voldoen aan de eisen van het corona beleid.
Dus maskers op!

 

Gezellig bij elkaar op de boot.

Dreigend weer over de Schelde.

 

Met regen de boot op en met een zonnetje de boot af.
We waren weer in Zeeuws-Vlaanderen waar meestal de zon schijnt.

Lek na de boot.

Waar over spraken zij?

Geduldig wachten.

 

Er was een deelnemer die op de boot plat reed, hoe is het mogelijk!
Dat werd weer wachten, dat wordt toch veel gedaan op zo’n tocht.
We fietsen met elkaar.

Na afloop de dorst wegdrinken.

 

Met de wind enigszins in de rug naar de Markt van Terneuzen voor een welverdiend drankje.
De meeste hielden het voor gezien deze keer.
Een warme douche was verleidelijker.

Het was een mooi rondje wat Chiel ons voorschotelde.
Telkens weer anders, wederom bedankt Chiel.

 

Comments

  1. Rob, bedankt weer voor je story. Zoals gezegd was de stoplocatie in Veere onder de maat. Ik zal ook nog een reactie wegdoen. Had me niet gerealiseerd dat er nieuwe eigenaars waren met nieuwe ideeen en voor mensen met een ruimere portemonnee.
    Brutale bediening, nauwelijks lunchgerechten, matige kwaliteit en superhoge prijzen.
    Vroeger was het daar wel altijd in orde. Volgende keer beter.

Speak Your Mind

*

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.